Ingeval een beroep wordt gedaan op de mogelijkheid vervat in artikel 670, tweede lid, van het Wetboek van vennootschappen, zijn artikel 770 van hetzelfde Wetboek en de artikelen waarnaar het verwijst, op overeenkomstige wijze van toepassing op de inbreng om niet van een algemeenheid of van een bedrijfstak, door een vereniging zonder winstoogmerk, een stichting van openbaar nut, een private stichting, een internationale vereniging zonder winstoogmerk of een van de instellingen of verenigingen als bedoeld in artikel 61, tweede lid, ten voordele van een rechtspersoon die tot een van de voormelde categorieën behoort.
Voor deze toepassing op overeenkomstige wijze, moeten in de voormelde artikelen van hetzelfde Wetboek de volgende wijzigingen worden doorgevoerd :
- het woord " vennootschap " of het woord " vennootschappen " wordt telkens vervangen door het woord " rechtspersoon " of het woord " rechtspersonen ";
- in artikel 760, § 2, 1°, worden de woorden " het doel " vervangen door de woorden " het doel of de doelstellingen ", en worden de bepalingen onder 2° en 4° opgeheven;
- in artikel 760, § 3, worden tussen de woorden " de algemene vergadering " en de woorden " van de inbrengende vennootschap " de woorden " of, voor de rechtspersonen die geen algemene vergadering hebben, voor de raad van bestuur " ingevoegd;
- in artikel 761, § 1, worden na de woorden " die de inbreng doet, " de woorden " of, voor de rechtspersonen die geen algemene vergadering hebben, de raad van bestuur, " ingevoegd;
- in artikel 761, § 2, eerste lid, worden na de woorden " vanuit een juridisch en economisch oogpunt, " de woorden " alsook in het licht van het doel of de doelstellingen van de betrokken rechtspersonen ", ingevoegd;
- in artikel 761, § 2, tweede lid, wordt de eerste zin vervangen als volgt :
" Wanneer een rechtspersoon leden heeft, wordt hen ten minste één maand voor de algemene vergadering een kopie van het voorstel en van dat verslag bezorgd. "; - artikel 761, § 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt :
" Indien de beslissing om de inbreng te doen, wordt genomen door de algemene vergadering, gebeurt zulks onder de voorwaarden inzake aanwezigheid en meerderheid vastgelegd in artikel 8, eerste, tweede en vierde lid, van de wet van 27 juni 1921, tenzij de statuten strengere regels bevatten, dan wel in de statuten, met toepassing van artikel 48, 7°, van diezelfde wet. "; - artikel 762 wordt vervangen als volgt :
" De akte tot vaststelling van de inbreng van een algemeenheid of van een bedrijfstak wordt in authentieke vorm opgesteld.
De akte wordt neergelegd bij uittreksel overeenkomstig de artikelen 26novies, 31 of 51 van de wet van 27 juni 1921. Hij wordt bij uittreksel bekendgemaakt overeenkomstig diezelfde artikelen die te dezen op overeenkomstige wijze van toepassing zijn verklaard op de in artikel 61, tweede lid, van dezelfde wet bedoelde rechtspersonen. "; - artikel 765 wordt vervangen als volgt :
" De inbreng kan aan derden worden tegengeworpen onder de voorwaarden bepaald bij de artikelen 26novies, § 3, 31, § 6, en 51, § 5, van de wet van 27 juni 1921, die te dezen op overeenkomstige wijze van toepassing zijn verklaard op de in artikel 61, tweede lid, van dezelfde wet bedoelde rechtspersonen. ". - in artikel 766, derde lid, worden de woorden " rechtbank van koophandel " vervangen door de woorden " rechtbank van eerste aanleg.